Een jaar of wat geleden kreeg ik bezoek in mijn atelier van een groepje dames. Ze waren een dagje uit en het hoogtepunt van de dag was een bezoek aan het atelier van een echte kunstenaar. Maar ik geloof dat ik niet helemaal voldeed aan het beeld van een kunstenaar …. Ze keken hun ogen uit, niet om wat ze zagen, maar meer om wat ze niet zagen.
Atelier Lucian Freud |
Schijnbaar hoor je als kunstenaar verward en verstrooid te zijn, inclusief een vuil en rommelig atelier. De eerste reactie was dan ook, “heb je speciaal voor ons opgeruimd”? Nee, ik had wel wat ruimte gemaakt om de groep dames te kunnen ontvangen. En de losse papieren en tijdschriften die normaal op verschillende plekken liggen bij elkaar gestapeld, maar verder zag mijn atelier er uit zoals altijd.
Van veel kunstenaars is bekend dat hun atelier eruit ziet als oorlogsgebied. Overal vind je verf, liggen foto’s en schetsen verspreid en slingert er materiaal rond. Een extreem voorbeeld is het atelier van de bekende kunstenaar Lucian Freud. Hij had de gewoonte om overbodige verf uit te smeren over zijn muren. Van een collega kunstenaar weet ik dat hij geen enkel kledingstuk bezit zonder verfvlekken. Waar je in zijn woning ook komt, overal, op elk meubelstuk zit verf.
Bianca van Baast in haar atelier |
Mijn schildersezels, het matje dat er onder ligt en enkele stoelen in mijn atelier zijn ook bedekt met verf. Ikzelf loop bijna dag en nacht in mijn oude schildersplunje, zodat mijn ‘nette’ kleding zolang mogelijk bespaart blijft. Als je niet te nauw kijkt, lijkt mijn huis verder verfvrij. Foto’s die mij inspireren hangen in mijn keuken, zodat ik niet constant afgeleid word in mijn werkruimte. En overig beeldmateriaal wordt netjes opgeborgen. Eén keer in de zoveel maanden ga ik op mijn knieën, om de grootste vlekken op mijn vloer te verwijderen. Ik werk gewoon niet prettig in een rommelig atelier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten